De grappige taalverhaspelingen van mijn oppaskinderen
Uitputten
“Het is nu al een uur na de sponsorloop, maar ik ben nog steeds aan het uitputten,” roept Noa (8) terwijl ze met een zucht op de bank neerploft. Haastig kom ik met een glaasje ranja aangesneld, vaste prik nadat ik Noa en een vriendinnetje van school heb gehaald. Ik probeer een lach in te houden, maar de twee dames zien al gauw de glimlach op mijn mond.
“Moet je ons niet uitlachen, we hebben echt heel hard gerend! En we hebben heel veel geld opgehaald.” Snel maak ik duidelijk dat ik ze niet uitlach, maar dat je uitgeput bent en dat je niet aan het uitputten kan zijn. De meiden halen hun schouders op, lekker boeiend zie je ze denken.
Een rups in een kalkoen
Het kleine buurjongetje van Noa, Hero (5), komt regelmatig langs en laat zich graag vertroetelen door Noa. Voorgelezen worden is zijn grote hobby en Noa zoekt een boekje voor ons uit. Op de vraag of ze het boek kan vinden antwoordt ze heel wijs: “Nee ik ben nog bezig met vinden. Ik ben nooit zo goed in zoeken, maar gelukkig wel in vinden.” Ik kan mijn lach in houden en we kruipen met zijn drieën op de bank. Halverwege Rupsje Nooitgenoeg proest ik het alsnog uit. Ik vraag aan Hero waar een rups uitkruipt voor hij in een vlinder verandert. Zonder te aarzelen weet hij het antwoord: “Een kokosnoot”. Zijn ogen kijken me vragend aan als blijkt dat het niet goed is. “Oeps”, zegt hij trots, “ik bedoel een kalkoen.”
Veertig jaar
Als we weer aan de ranja zitten vertelt een vriendje van Noa dat hij nog twee grote zussen heeft. “Ze zijn al heel erg oud, al 22 jaar.” Leeftijden schatten en kinderen; het blijft een leuke, maar ook gevaarlijke combinatie. Ik vraag aan de twee hoe oud ze denken dat ik ben en ben me ervan bewust dat ik een risico neem. Nadat mijn leeftijd is vastgesteld op veertig, zijn ze uiterst verbaasd dat ik ‘pas’ 21 jaar ben. “Maar dan ben jij dus jonger dan mijn zussen, terwijl zij nog wel kind zijn.”
Verzameling
Ik kom nu al meer dan een jaar minstens één keer per week bij Noa en talloze keren heeft ze me met haar grappige en ontroerende uitspraken verrast. Tegenwoordig schrijf ik de uitspraken op als ik thuiskom en ik heb ondertussen een aardige verzameling. Grappig om zelf nog eens na te lezen of om aan het einde van je oppascarrière cadeau te geven aan je oppasgezin. Het leukste aan de uitspraken is misschien wel dat de kinderen zelf niet door hebben hoe grappig ze eigenlijk zijn.