Hoe word en blijf je toch die lievelingsoppas?
Oppas Sophie vertelt over de bijzondere band met haar oppaskindje Cécilia
Als kind wil je een oppas die alles behalve streng is, van spelletjes en The Voice Kids houdt en net als jijzelf de regels van papa en mama maar stom vindt. Zelf voel ik altijd de merkwaardige behoefte om vooral de lievelingsoppas te zijn. Ik zing, dans, klets en knuffel erop los, om maar – zoals Cécilia (4) het aangeeft – op haar feestje te mogen komen.
Cécilia ging net naar de basisschool toen ik haar een halfjaar geleden leerde kennen. Alle veranderingen verbleekten bij het nieuws dat ze vanaf dit jaar een kinderfeestje mocht geven. In september. Toen ze me daar in november voor uitnodigde, voelde ik me zeer vereerd, dat begrijp je.
Zelf word ik sowieso heel blij van Cécilia. Als ze uit het niets begint te zingen van achterop de fiets of wanneer ze met open armen naar me toe rent na balletles. Dan gaat er toch iets goed tussen ons? Inmiddels is er ook een ‘ons dingetje’ ontstaan. Vlak voor de school uit gaat, zit haar hele klas op een rij te wachten tot ze één voor één naar hun papa, oma of oppas mogen vliegen. Via een raampje in de deur zoek ik altijd even naar Cécilia. Als ze me ziet, geeft ze me een knipoog – zoals alleen kinderen dat kunnen doen. En ik knipoog terug, hopend dat iedereen dit heeft gezien!
Laatst moest ik haar iets vertellen. Terwijl we nippend aan de hete thee een (gedeeld) koekje aten, vertelde ik dat ik binnenkort voor het laatst zou komen. ‘O nee… Dan ga ik je wel missen. En met wie ga ik dan naar ballet?’ Even was het stil, ze dacht na. Met een geschrokken blik in haar ogen vroeg ze: ‘Mis je mij eigenlijk ook een beetje als je mij niet op hoeft te halen?’
Even later dansen we op Kinderen voor Kinderen – stiekem ook mijn grootste hobby. We lachen en doen gek, er is lekker toch niemand die ons ziet. Dan ineens staat ze stil. Ze zucht diep en kijkt me ernstig aan – zoals alleen Cécilia dat kan doen. ‘Als je straks niet meer komt oppassen, mag je nog steeds op mijn feestje komen.’ Yes!